Een gezicht van de Meerpaal

Met mensen, voor mensen

Bekijk Alle gezichten

Wim en Ineke Schoof

Naam: Wim en Ineke Schoof

Geboren op:
Wim op 27 augustus 1940
Ineke op 10 mei 1945
Allebei uit de vorige eeuw.

Waar komen jullie oorspronkelijk vandaan?
Wim: Rotterdam in 1940 geboren en in 1944 gingen we naar Den Haag. Hier heeft mijn vader een zaak gekocht. We gingen naar de Paul Krugerlaan.
Ineke: Ik kom oorspronkelijk uit Amsterdam. We zijn in 1954 in Den Haag komen wonen. Mijn vader werd met zijn bedrijf naar Den Haag overgezet. In september gingen we wonen bij mijn vader. En in december overleed hij. Mijn tweede moeder heeft mij toen opgevoed. Ik heb een fantastische jeugd gehad.

Verliefd, verloof, getrouw, kinderen?
We hebben elkaar in Rijswijk ontmoet. We werkten allebei bij Indola, kappersbenodigdheden en ventilatoren in 1964. In 1965 zijn we verloofd en in 1966 zijn we getrouwd.
Ineke’s moeder zei: ”Jullie moeten maar trouwen, dan heb je het leuk samen.”
We zijn goed terecht gekomen en hebben elkaar echt gevonden. We hebben geen kinderen. Dat is bij ons niet gelukt. Het is niet op ons pad gekomen. Dat moet je dan ook accepteren en verder gaan. Het is nu eenmaal zo.

Hoe zijn jullie in Ede terecht gekomen?
We kamperen graag en wilden een seizoenplaats hebben. We kregen in 2001 een plaats in Barneveld. Hier zijn we 3 jaren geweest en toen deze ermee stopte gingen we naar Udel. Toen we in Barneveld stonden zeiden we tegen elkaar: “We gaan proberen in deze omgeving te komen. Omdat we toch iedere week 1 dag naar Den Haag gingen om te wassen en te drogen enzo, kunnen we net zo goed hier gaan wonen. Zo kwamen we in Ede terecht. We hebben ons in 2006 laten inschrijven en in 2007 hadden we een woning. Toen was er nog een regeling dat je je inschrijving mee kon nemen naar een andere gemeente. We stonden 32 jaar ingeschreven en dus stonden we helemaal bovenaan. In 2008 is deze regeling gestopt. Dus we hadden geluk.“ Wim heeft altijd gezegd dat hij in Arnhem wilde wonen en in een eengezinswoning. En Ineke heeft altijd gezegd dat ze een oud arbeiderswoninkje. Het is Ede geworden, in een oud arbeiderswoninkje.

Wat voor een beroep heb je of wat heb je gedaan?
Wim
: “Eerst bij een parfum groothandel, mijn vader had daar connecties, toen bij een geneesmiddelenzaak, en toen naar de postbank. Daar heb ik 28 jaar gewerkt. En in 1995 moesten er 8.000 man uit. We zijn er niet slecht vanaf gekomen. We hebben een goede regeling kunnen treffen. Hierdoor konden we ook mooie reizen maken. Dat kon ook omdat we geen kinderen hadden.”
Ineke: “Na mijn schooltijd ben ik eerst serveerster geweest. Toen, via de kopjes en de schoteltjes, ben ik telefoniste geworden. Toen ben ik overgestapt naar Weleda. Hier ben ik 28 jaar telefoniste geweest en ben opgeklommen tot secretaresse van de secretaresse. Daar heb ik een enorme leuke tijd gehad. Ik heb met veel lol daar gewerkt. “

 Waar ben je goed in?
Wim
: “Ik controleer alles als we weg gaan. Een stukje precisie. We zorgen altijd dat de zalen opgeruimd zijn, dat alles afgewassen is. Soms is er wel eens vuile vaat als je hier komt. Van de middag ploeg. Je laat de machine niet draaien voor een paar kopjes,  dus deze kunnen we dan meenemen. “

Wat is je favoriete cd/muziek?
Wim
: Opera – Tosca – Madam Butterfly – Fidelio is ook mooi. Ook leuke Jazz nummers van bv de Twin Horns, Arie Ligthart, Peter Schilperoort.
Ineke: Ik ben geen muziekliefhebber – lekker stil.

Wat is je favoriete sport:
Wat …. Hoe schrijf je dat? Alleen als het Nederlandse voetbal op tv is.
We gaan wel op de Home trainer. Vroeger wandelden we veel, maar dat gaat nu niet meer.
Ineke: Ik ga met de rollator de stad in.
Wim: We hebben een grote tuin. Na een uurtje werk moet ik weer zitten. We zijn niet meer de jongste.
We blijven fit door de hometrainer en een blokje wandelen.

Wat is je favoriet vakantieadres?
Oostenrijk is het mooiste land dat er is. Duitsland gaan we af en toe heen om boodschappen te doen en dan maken we er een gezellige dag van.
En Azië, daar zijn we veel geweest.

Waar heb je spijt van of over willen doen?
We hebben nergens spijt van. We hebben niet een goede jeugd gehad, maar sinds we elkaar hebben, hebben we nergens spijt van. We hebben het zelf gezellig gemaakt.
Ineke: “Ik vind het jammer dat ik niet meer talen geleerd heb. Ik heb wel een paar cursussen gevold, maar dat zet geen zoden aan de dijk, je hebt echt een goede basis nodig. Met handen en voeten kregen we in het buitenland altijd wel wat we hebben moesten. Kijk: kalfsvlees is in het frans gewoon “boe,…boe… petit, petit!!”. We zijn in Polen geweest en daar hebben we het ook gered.”

Heb je goede voornemens?
Ineke: “Ja, het enige goede voornemen is dat ik geen goede voornemens hebben.”

Wat zijn je Hobby’s:
We hebben daar altijd in een groot huis gewoond. In de kelder had ik mijn modelbouw treinen. Daar hebben we nu geen ruimte voor.
Reizen is eigenlijk wel een hobby.
Wim: “Ik wilde wat zien, ik wilde alles zien. Papoea nieuw Guinea, Egypte, China, Bangkok, Thailand, Hongkong.”
Ineke: “Vooral die arme landen, vond ik, daar leer je een heleboel van.” Wim zou nog wel eens naar Papoea nieuw Guinea willen, maar dat kan niet meer. 
Zo bijzonder hoe de mensen leven. Hoe ze de varkens klaar maken. Het is een compleet andere cultuur. Met vreemde en andere gewoonten. Het reizen verruimt je horizon. Je oordeelt niet meer zo snel. In India, het is een schitterend land, maar de mensen zijn of heel rijk of heel arm. In India heb je een stadsmuur. De mensen hebben dan alleen een klein hutje tegen de muur gebouwd. En ondanks hun armoede heeft de één het huisje wel echt opgeruimd (je ziet dan dat ze trots is op het kleine huisje, klein, maar wel verzorgd) en de ander maakt er een puinhoop van. India gaf me geen dreun, maar een mokerslag – zoveel verschillen tussen arm – echte armoede – en rijkdom. De heilige koeien waar je omheen moet lopen. 

We zijn steeds naar het oosten gegaan Amerika en Canada trok ons helemaal niet.
We zijn naar Curaçao geweest, om het leven te vieren. Het was een dure reis, maar een mooie reis om te vieren dat Ineke nog leeft, na haar hartinfarct.

We vinden het nu leuk om op de scooter weg te gaan.
Ineke: “Ik moet dan wel een doel hebben waar we heen gaan. Ik hoef daar dan niet aan te komen, er kan onderweg een andere route of een ander plan ontstaan. Dat is goed, maar een doel om heen te gaan moet er wel zijn.”
Wim: “Toen we in Den Haag woonden gingen we wel eens met de scooter naar Barneveld.”

Hoe heb je de Meerpaal leren kennen?
We kwamen hier wonen en we kenden helemaal ‘nobody’. En wat doe je dan? We hadden hier helemaal niet bij stil gestaan. In de buurt woonden twee vrouwen met honden die ze iedere avond rond half 8 gingen uitlaten. Ik kon twee dingen doen, binnen blijven of de tuin in gaan. Ik ging bewust de tuin in en heb de honden aangehaald!  Zo is het contact begonnen. En één van deze vrouwen had een vriendin en die was penningmeester in de Meerpaal. Toen zeiden we, we willen dolgraag weer vrijwilligers werk doen. En in Den Haag hebben we samen ook vrijwilligers werk gedaan. Ook in een buurthuis, dat was een particulier initiatief, eerder een wijkcentrum. We hebben geen kinderen en we willen toch onder de mensen zijn en, laten we eerlijk zijn, ook ergens ‘nodig’ zijn. We wonen nu 13 jaar in Ede. En we zouden niet meer terug willen. Het is hier veel gezelliger. De mensen zijn vriendelijker. Voorheen gingen we nog wel 2x per jaar naar Den Haag. Maar daar hebben we eigenlijk geen behoefte meer aan. We hebben er niets meer te zoeken. Alles verandert en je verandert niet mee in de oude buurt in Den Haag. We zijn heel blij dat we nu hier wonen en bij de Meerpaal terecht zijn gekomen. Ook voor onze sociale contacten een belangrijke plek. We komen hier nu al 12 jaar. We begonnen bij Jules in de keuken. Ik heb veel geleerd van Jules. Hoe je met weinig ingrediënten een lekkere maaltijd op tafel kan zetten. Peter heeft het nu van Jules over genomen. Peter heeft weer nieuwe ideeën. Hij doet het goed.

Sinds wanneer komen jullie al bij de Meerpaal?
Sinds 2008

Wat vinden jjullie het leukste van de Meerpaal
De bardienst en het contact met de mensen die we dan hebben. We hebben zo de mensen van de ESVA, de videoclub, goed leren kennen. Je bouwt echt een band met de mensen op. Dat is zo leuk. En Bernard hoeft maar te bellen en dan zijn we er. We worden altijd uitgenodigd op de nieuwjaarsreceptie van de ESVA. Verder zijn we er vaak wanneer er VVE vergaderingen zijn. Sommige mensen zijn dan leuk, die maken een praatje, maar er zijn er ook die meteen weggaan als het afgelopen is. Zonder iets te zeggen.

Ook de leuke evenementen die georganiseerd worden. De wijkfeesten die hier waren en de Dickens dag. Dat is zo gezellig.

Wat zou er anders kunnen?
We zouden wel kassa’s willen hebben. Dat zou wel handig zijn. En we zouden wel een camera beeld willen. Als je achter de bar staat zie je niet wie er binnen komt. Voor de rest vinden we het heel fijn hier.

Wat zouden jullie ooit nog eens willen doen.
Reizen, maar daar zijn we te oud voor.
Wim: “Mooie model treinbaan maken, maar daar moet je ruimte voor hebben en dat hebben we hier niet.”

Aan wie wil je het balletje doorgeven?
We willen het balletje doorgeven aan Astrid Vansteeg, omdat ze in deze tijd van Corona, goed werk doet. Ze zorgt ervoor, samen met Peter, dat de ouderen toch een gezonde maaltijd krijgen!